Weerstand

Weerstand opbouwen

Het duurt 5 jaar voordat de weerstand van je kindje op volle sterkte is! Elke dag wordt het immuunsysteem sterker.

Wat is het immuunsysteem en weerstand?

Het immuunsysteem wordt ook wel weerstand, afweersysteem of immuniteit genoemd. Wat is het eigenlijk? Het is een heel slim mechanisme in je lichaam, dat bestaat uit verschillende verdedigingslinies tegen binnendringers. Bij de geboorte staat de weerstand echter nog in de kinderschoenen.

Bescherming begint al in de baarmoeder

Laten we bij het begin beginnen: toen je baby nog in jouw buik zat, was hij goed beschermd. Tijdens de zwangerschap zorgde jouw lichaam ervoor dat je baby voldoende weerstand had. Jouw immuunsysteem, net als de rest van je lichaam, werkte namelijk voor 2: het beschermde jou en je kindje.

Eerste afweer

De huid en slijmvliezen vormen de eerste verdediging; hier komen vreemde stoffen niet zomaar doorheen. Slijmvliezen zitten niet alleen in de luchtwegen, maar ook in de darmen. De bacteriën in de darmen spelen een belangrijke rol bij de weerstand. Bij je kindje moeten deze bacteriën in de darmen zich nog ontwikkelen.

Aangeboren weerstand

Weten vreemde stoffen toch door de huid of slijmvliezen heen te komen? Dan gaan er in het lichaam alarmbellen rinkelen en komen speciale witte bloedcellen in actie. Deze speciale witte bloedcellen ruimen de binnendringers op. Dit deel van het immuunsysteem werkt al direct bij de geboorte. Het wordt ook wel het aangeboren immuunsysteem genoemd.

Jouw geschenk bij de geboorte: de eerste antistoffen

Bij de geboorte veranderde alles. Van de beschermde baarmoeder kwam je baby terecht in een onbekende omgeving vol bacteriën, virussen en andere stoffen. Toch kwam je kindje niet weerloos ter wereld! Ongemerkt kreeg hij een groot geschenk van jou: antistoffen die je via de placenta meegaf. Deze antistoffen beschermen je baby tegen ziekteverwekkers waarmee jij in aanraking bent gekomen voor en tijdens je zwangerschap. Maar deze bescherming is tijdelijk. Na 4 tot 6 maanden zijn deze eerste antistoffen niet meer genoeg en zijn er andere en nieuwe antistoffen nodig. Het immuunsysteem van je kleintje neemt het maken van antistoffen over, maar moet dit nog wel leren.

Als de huid, slijmvliezen en het aangeboren immuunsysteem binnendringers niet kunnen tegenhouden, dan komt de derde verdedigingslinie in actie. Het lichaam maakt dan speciale antistoffen aan, die alleen werken tegen deze specifieke ziekteverwekker. Zo is er één combinatie antistoffen die de waterpokken kan uitschakelen en een andere combinatie antistoffen werkt tegen de griep die op dat moment heerst. Dit onderdeel van de weerstand moet na de geboorte nog helemaal worden opgebouwd. Je kindje moet leren om antistoffen te maken en zo immuniteit tegen ziektes op te bouwen. Daarom wordt dit ook wel de aangeleerde weerstand genoemd.

Het duurt even voordat het immuunsysteem de antistoffen leert maken. In de tussentijd is je kindje dus even ziek bij bijvoorbeeld waterpokken. Ziekte is dus geen teken van een zwakke weerstand! Het geeft juist aan dat het immuunsysteem volop aan het leren is om deze ziekteverwekker de volgende keer geen kans te geven!

Het immuunsysteem heeft een geheugen

Na elke doorgemaakte ziekte is de immuniteit van je baby weer gegroeid. Dit komt doordat het immuunsysteem een geheugen heeft; het bewaart het recept voor de antistoffen. De volgende keer dat je kindje in aanraking komt met de waterpokken, wordt hij niet meer ziek. Het immuunsysteem herkent de ziekteverwekker en weet precies welke antistoffen ertegen helpen. Je kind is immuun geworden voor de waterpokken.

Inentingen

Ook als je baby wordt ingeënt tegen ziektes, bouwt dit weerstand op. Bij inentingen wordt een stukje van een ziekteverwekker ingespoten, bijvoorbeeld de mazelen. Dit geeft je kindje de kans om antistoffen tegen de mazelen te leren maken, zonder er ziek van te worden. Komt hij later in aanraking met de echte mazelen? Dan herkent het immuunsysteem deze ziekteverwekker en worden snel de goede antistoffen aangemaakt. 

Borstvoeding bevat antistoffen

Bij borstvoeding krijgt het lichaam van je kleintje regelmatig een nieuwe voorraad antistoffen van jou. In borstvoeding zitten namelijk antistoffen van de moeder. Lees er hier meer over

De opbouw van de weerstand

Je hebt het niet altijd zelf in de hand, maar sommige omstandigheden zijn iets minder gunstig voor de opbouw van de weerstand. Het is niet altijd te voorkomen, maar het kan wel handig zijn om de weerstand van je kindje zoveel mogelijk te stimuleren.

Antibiotica

Soms is je kindje ziek en heeft hij antibiotica nodig om weer beter te worden. Daar is niets aan te doen en in zo’n geval is het ook heel erg fijn dat er antibiotica zijn om je kleintje te helpen. Antibiotica hebben alleen wel een nadeel: ze schakelen niet alleen ziekmakende bacteriën uit, maar zijn ook nadelig voor goede bacteriën. Met name de goede bacteriën in de darmen, die de weerstand juist ondersteunen. Na zo’n kuur is het dus een goed idee om de goede bacteriën een handje te helpen.